Het komt maar zelden voor dit voorjaar, maar ik heb zowaar een ochtendje vrij. Eindelijk eens een ochtend lekker uitslapen zou je dan misschien denken. Maar met mijn ritme van elke ochtend vroeg opstaan word ik automatisch rond 6 uur wakker. Een half uur later loop ik de Kennemerduinen in, mijn favoriete vogelgebied en min of meer mijn achtertuin.
Afgelopen jaren waren 'we' (vogelaars) in het voorjaar regelmatig aan het klagen over regen en verkeerde wind. Dit jaar valt er echter niks te klagen, het is al een maand vrijwel droog en de wind komt regelmatig uit het oosten. Die oostelijke wind maakt het voor vogelaars 'spannend' buiten. Trekvogels die normaal oostelijker van ons door bijvoorbeeld Duitsland langstrekken naar de broedgebieden, worden door de oostelijke wind naar het westen geblazen en komen zo langs de Nederlandse kust terecht. Daarnaast zorgt een zuidelijke stroming er ook voor dat broedvogels van het Middellandse Zeegebied soms te ver doorschieten en over hun broedgebied heen vliegen naar noordelijkere streken. Zo worden dit voorjaar regelmatig Roodstuitzwaluwen, Hoppen en Rode- en Zwarte Wouwen gezien. Voor de zeldzaamhedenzoeker is het een spannend voorjaar!
Zwarte Wouw en Roodstuitzwaluw ©Lars Buckx
Terwijl ik richting het Vogelmeer loop merk ik dat het vrij stilletjes in het duin is. Ik twijfel of ik wel de goede keus heb gemaakt en niet tóch naar de poldergebieden ten oosten van Haarlem had moeten gaan. Ik heb nog steeds geen Steltkluut op mijn zelfontdeklijst, iets waar ik me langzaam een beetje voor begin te schamen. Dit is wel dé tijd om er één te vinden.
Vogelaars zijn gek op lijstjes, waarbij de 'aantal vogelsoorten gezien in Nederland' de meest bijgehouden lijst is. Via de website Dutchbirdalerts.nl kan je aanvinken hoeveel vogelsoorten je in Nederland hebt gezien en wordt er een ranking bijgehouden van wie de meeste vogelsoorten in het land heeft gezien. Als je alle broedvogels hebt 'gescoord' wordt het tijd om je te richten op de dwaalgasten. Via de app van Dutchbirding krijg je een melding op je telefoon zodra iemand een zeldzame soort heeft gezien, zodat je deze ook kan gaan 'twitchen'. De fanatieke twitchers gaan hier behoorlijk ver in. Werk wordt verlaten, snelheidsrecords verbroken en Waddentaxi's gecharterd om die ene speciale vogel aan de lijst toe te kunnen voegen. Vogels hebben vleugels, dus elke minuut kan het verschil maken!
Naast het lijstje met vogelsoorten gezien in Nederland, is de zelfontdeklijst ook een populaire lijst om bij te houden. Dit is een lijst van vogelsoorten waarbij je niet naar de vogel toe bent gegaan, maar deze zelf hebt gevonden. Om die lijst uit te breiden moet je dus zelf op zoek naar dwaalgasten. Iets dat veel gidsen van Dagjeindenatuur.nl maar al te graag doen. Want die 'kick' als het weer is gelukt zo'n zeldzaamheid te vinden is verslavend! Zeker als er even later honderden mensen staan te genieten van jouw ontdekking.
Ik baal dan ook als ik een melding op mijn telefoon krijg dat er net een Griel is ontdekt in de Hekslootpolder ten oosten van Haarlem, waar ik ook naar toe had kunnen gaan. Al stelt het me iets gerust als ik vervolgens de exacte locatie zie binnenkomen. Een gebied waar ik zelf eigenlijk nooit naar toe ga om vogels te kijken.
Ik loop verder door het duin en kan me gelukkig ook nog steeds prima vermaken met zingende Nachtegalen en groepjes foeragerende Beflijsters. Zelfs van de Geoorde Futen op het Vogelmeer die ik bijna letterlijk dagelijks zie, kan ik nog steeds genieten! Het duin is nu op zijn mooist met alle vogelzang en de vogels die in hun fraaie broedkleed een partner proberen te vinden.
Beflijster en Geoorde Futen ©Lars Buckx
Wanneer ik bijna weer op de parkeerplaats ben gearriveerd zie ik een vogel in het kale duin over de grond scharrelen. Met het blote oog heeft hij wat weg van een Boomleeuwerik, maar toch trekt hij mijn aandacht en besluit ik mijn verrekijker er op te richten. Ik zie een forse Heggenmus met rossige tekening op zijn borst. Dat kan maar één soort zijn: Alpenheggenmus! Bingo!
Het gevoel dat mij overmeestert is lastig te beschrijven. Aan de ene kant voel ik enorme euforie omdat ik weet dat ik een zeer zeldzame vogelsoort in de kijker heb, maar vervolgens maakt een gevoel van paniek zich toch meester van mij en hoor ik een stem in mijn hoofd roepen: 'Documenteren!'.
Een zeldzaamheid ontdekken blijft niet bij het enkel zien van een zeldzame vogel. Waar vroeger een beschrijving van de vogel vaak voldeed, is er tegenwoordig eigenlijk altijd documentatie in de vorm van een foto of geluidsopname nodig om te bewijzen dat je daadwerkelijk die zeldzame vogel hebt gezien. Niet alleen om te bewijzen dat je hem hebt gezien, maar vooral ook om te laten zien dat de determinatie klopt.
Die documentatie stuur je vervolgens op naar de CDNA, de Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna. Een commissie van 7 zeer goede vogelkenners stemt vervolgens of de documentatie die je hebt aangeleverd voldoet aan de eisen om de vogel te aanvaarden op de lijst van vogelsoorten in Nederland.
De adrenaline is toegeslagen en ik til met trillende handen mijn camera omhoog. Iets waar ik slecht in ben bij het ontdekken van een dwaalgast is mijn lichaam rustig houden. Ik kan nog helder nadenken en weet dat ik rustig moet blijven en de vogel moet fotograferen, maar de adrenaline is ingeslagen als een bom waardoor ik mijn handen niet stil krijg en de vogel niet in de zoeker kan vinden. Ik sta letterlijk te shaken als het uiteindelijk toch lukt om de vogel in de zoeker te vinden en ik mijn camera laat ratelen.
Hoe moet de 'normale mens' wel niet over mij denken, zó van slag door een klein vogeltje. Het is een gedachte die wel vaker door mijn hoofd gaat, als ik bijvoorbeeld voor de 10e dag op rij door de regen en wind over Vlieland sjok op zoek naar vogels, of als de wekker om 3 uur 's nachts gaat om naar trektelpost Breskens in Zeeland te rijden. Vogels kijken is een heerlijke hobby die ik iedereen kan aanraden en waar ik vol passie en trots over vertel. Maar dit specifieke onderdeel van de hobby, het zoeken naar dwaalgasten, dat is niet uit te leggen...
Inmiddels ben ik wat rustiger en kijk ik de foto's op mijn camera terug. Hij is 'In the pocket'! Ik heb de vogel inmiddels gemeld via de app van Dutchbirding en via verschillend WhatsApp-groepen. Mijn telefoon gaat continu af en de berichten stromen binnen. Felicitaties met mijn vondst, maar vooral ook de vraag van geïnteresseerde vogelaars of de vogel er nog zit en wat de exacte locatie is waar ze naar toe moeten komen. De vogel is rustig voedsel aan het zoeken langs het fietspad en blijkt handtam. Ik kan de vogel mooi fotograferen en wacht rustig af tot de eerste vogelaars komen aansnellen om de vogel ook te bekijken.
Daar heeft de vogel echter geen zin in. Nadat ik er zo'n 5 minuten van heb kunnen genieten vliegt hij de zeereep in waar hij onder de duindoornstruiken naar de grond duikt. Niet veel later arriveren de eerste vogelaars en start de zoektocht om de vogel terug te vinden.
Het duin loopt snel vol met vogelaars, maar de vogel blijft zich goed schuil houden. De twitchers-hectiek gaat van start. Aan de ene kant van de groep probeert iemand de vogel te lokken met geluid, terwijl aan de andere kant iemand begint te roepen dat hij hem hoort zingen en aansnellende vogelaars gestresst vragen waar ze moeten zijn. 'Hé, wat vliegt daar?', 'Daar vliegt iets groots!' en 'Volgens mij zag ik iets landen daar' zijn de kreten van de vogelaars die met het verstrijken van de tijd hun kans om de vogel te zien voelen slinken.
Ik besluit richting huis te gaan, want mooier dan ik de vogel al heb gezien ga ik 'm toch niet meer zien. Pas in de auto komt langzaam het besef: Ik heb een Alpenheggenmus ontdekt!
De hele dag wordt er gezocht en ook de volgende ochtend wagen enkele vogelaars nog een poging, maar de Alpenheggenmus blijft ongezien. Gelukkig heb ik de vogel goed kunnen documenteren en zal het indienen bij de CDNA geen probleem zijn. Het betreft de 14e waarneming van een Alpenheggenmus in Nederland en niet geheel onbelangrijk, mijn 295e zelfontdekte vogelsoort!
Alpenheggenmus in de Kennemerduinen ©Lars Buckx