Dag 1 - 17 oktober:
Na wekenlang reikhalzend te hebben uitgekeken, was daar dan eindelijk het moment! Na een korte nacht slapen en onderweg enkele deelnemers te hebben opgepikt, zetten we met de auto koers richting Cuxhaven in Duitsland. Hier arriveerden we om ongeveer 10:00 waarna we met de rest van de groep kennis maakten. Vanuit Cuxhaven vertrokken we met de snelboot van 11:15 richting Helgoland. Het was heerlijk weer, waardoor we bovendeks al konden genieten van de eerste vogelsoorten als Eider, honderden Zwarte Zee-eenden, Sperwer en een Kleine Jager.
Kleine Jager ©Mary Thoms en Zwarte Zee-eenden ©Laurie Rijsdijk
Rond 13:00 meerden we aan op Helgoland. Terwijl we rustig met onze bagage richting het hotel liepen, zagen we in de eerste bosjes al verschillende soorten zangvogels als Goudhaan, Vuurgoudhaan, Zwartkop en Keep. Het duurde niet lang of we vonden hiertussen al de eerste leuke soort, een Bladkoning! Het was duidelijk dat er flink wat vogels op het eiland zaten.
Bladkoning ©Laurie Rijsdijk
Nadat we onze bagage hadden afgezet bij het hotel, besloten we om het eiland te verkennen. Er waren reeds twee zeldzaamheden gevonden, namelijk een Mongoolse Pieper en een Kortteenleeuwerik. Beide soorten konden we op onze verkenningstocht proberen te zien. Onderweg naar de plek van de Mongoolse Pieper kwam er een Velduil fraai langsgevlogen en zagen we onze enige Grote Lijster van de trip.
De pieper liet het helaas afweten, dus vervolgden we onze weg richting het Nordstrand. Het bijzondere aan Helgoland is de geïsoleerde ligging in zee. Trekvogels die iets uit koers zijn geraakt, gebruiken dit eilandje als tussenstop om even bij te tanken. Daarbij kiezen de vermoeide dieren locaties uit waar je vooraf als vogelaar niet direct rekening mee houdt. Zo scharrelden op de wierbanken op het strand tientallen Kepen, Vinken, Graspiepers, Oeverpiepers en Rietgorzen. Daartussen liet de Kortteenleeuwerik zich, samen met een Tapuit, erg mooi bekijken. Inmiddels begon het al te schemeren en we besloten dan ook om terug te gaan naar ons hotel en daarna wat te eten bij een Thais restaurant.
Kepen op het strand ©Laurie Rijsdijk
Korttteenleeuwerik ©Gijsbert Twigt
Dag 2 - 18 oktober:
Na het ontbijt maakten we ons om 08:00 klaar voor een nieuwe dag. Het plan was om nogmaals de Mongoolse Pieper te proberen die op de Noordpunt van het eiland zat. Via de oostkant zouden we, al vogelend, via het strand naar de plek gaan. De pieper was erg lastig om waar te nemen bleek al uit de voorgaande dagen, dus we wilden er niet onnodig veel tijd aan spenderen. Eenmaal buiten, bleken de bosjes wederom gevuld met Goudhanen, Tjiftjaffen en Zwartkoppen, dus het beloofde een goede dag te worden.
Plotselinge consternatie onder de Duitse vogelaars deed ons de vondst van een nieuwe zeldzaamheid vermoeden. En inderdaad, er bleek een Noordse Boszanger te zijn gemeld, notabene op 100 meter afstand van waar wij stonden. Ondanks dat we snel ter plaatse waren kregen we de vogel niet in de kijker. We besloten rustig verder te vogelen en werden vermaakt met Koperwieken, overvliegende Appelvinken en weer een Bladkoning. Op het Nordstrand lieten de Kortteenleeuwerik en de Tapuit zich weer zien, evenals de vele zangvogels op het wier.
Tapuit op het strand ©Mary Thoms
Terwijl we van het tafereel van hippende Kepen en Vinken op het wier genoten, werd de Mongoolse Pieper weer gemeld. De vogel was geland op een voetbalveldje van kunstgras naast het Nordstrand. Binnen enkele minuten waren we aanwezig en daar zat de vogel open en bloot op de middenstip. Makkelijker wordt het niet! De pieper vloog al snel weg, waarna we nogmaals het strand afzochten. Hier lieten een Paarse Strandloper, Grote Gele Kwikstaart, Zwarte Roodstaart, Zwartkopmeeuwen en Pontische Meeuw zich bekijken, evenals een schouwspel van baltsende Eidereenden.
Tijdens de lunch zochten we het parkje voor de supermarkt in het dorpje Unterland uit, wat twee Appelvinken opleverde. Halverwege de middag kwam ineens zeedamp opzetten. Binnen enkele minuten was het eiland gehuld in een dichte mist, waarin de zon nauwelijks een kans kreeg. Ons meest eenvoudige doel deze middag, het zien van de rotspunt Lange Anna, viel daarmee in het water. Wel werden we getrakteerd op een groep van zes Kleine Rietganzen die op enkele meters afstand foerageerden.
We sloten de dag af met een heerlijk diner en bespraken alvast het aanvalsplan voor de volgende dag.
Kleine Rietgans ©Gijsbert Twigt en Eiders ©Mary Thoms
Dag 3 - 19 oktober:
De derde dag stond in het teken van het eilandje Düne, een schaars begroeide zandplaat met een klein zoetwaterplasje en verder een vliegveld en bungalowpark. Lang geleden, in 1720, is dit eiland na een zware storm geïsoleerd geraakt van het hoofdeiland. Het eiland is bereikbaar via een veerboot en vooral bekend vanwege de grote aantallen zeehonden op het strand. Na een korte vaartocht van 10 minuten begaven we ons richting het noorden, met als doel om het strand rond het hele eiland af te lopen. Al snel zagen we verschillende nieuwe soorten voor de reis, zoals Roek, Bonte Kraai, Steenlopers, Bonte- en Drieteenstrandlopers en Bontbekplevier. De leukste soort was een vrouwtje IJseend die zich ophield tussen de Eidereenden. We vervolgden onze weg over het strand, al sjokkend over de soms bijna borsthoge stapels wier, in de hoop iets leuks zoals een Bokje te vinden. We pikten een vogel op die hoog vanuit zee kwam gevlogen, een Velduil! De vogel landde op het eiland en we hoopten de vogel later nogmaals te zien. Nog geen half uur later hadden we nog twee Velduilen gezien die allen vanuit zee kwamen. Halverwege het strand moesten we de stapels wier verlaten om zo voldoende afstand te houden van de grote groep Grijze- en enkele Gewone Zeehonden. Van de Gewone Zeehonden zagen we ook een paar pups liggen. De Grijze Zeehonden waren opvallend luidruchtig en regelmatig met elkaar aan het bekvechten, indrukwekkende kolossen!
Gewone Zeehond ©Gijsbert Twigt en Grijze Zeehonden ©Laurie Rijsdijk
Leuk was een groepje Strandleeuweriken dat samen met enkele Veldleeuweriken voor ons foerageerden. Dit was één van de doelsoorten van vandaag. Een grondige scan over het strand leverde nog Visdief, Noordse Stern en Rotgans op. Omdat het wat miezerig werd, besloten we om even op te drogen in het enige restaurant op Düne. Nadat we ons onder andere hadden bezondigd aan een patatje-met, zochten we het eiland verder af. Op het zoetwaterplasje zwommen wat Smienten en een Wintertaling. In het wilgenstruweel vonden we in een groepje Goudhanen en Vuurgoudhaan onze derde Bladkoning. De zichtwaarneming van een Waterral was slechts voor enkele gelukkigen weggelegd.
Strandleeuwerik ©Mary Thoms en Waterral ©Laurie Rijsdijk
En toen gebeurde het… De Duitsers naast ons raakten in extase. Een snelle check in de WhatsApp-groep gaf al snel prijs wat de reden was: Rubinkelchen Mittelland! Zoals bij zoveel Duitse vogelnamen de afgelopen dagen moest eerst worden opgezocht om welke soort het ging. Maar ons vermoedden bleek waarheid, een heuse Roodkeelnachtegaal! Pas de derde waarneming voor Duitsland, dus de hectiek op het eiland was compleet. Terwijl alle vogelaars op Düne hals over kop richting de veerboot snelden, besloten wij om op het eiland te blijven. Immers, er waren tientallen vogelaars en er konden maar een handvol mensen in de boot. Voor wij aan de beurt zouden zijn, waren we zeker 1,5 uur verder. We gokten erop dat we de vogel aan het einde van de dag nog konden proberen en anders de volgende dag. De vooruitzichten voor de komende nacht lieten namelijk redelijk harde zuidenwind en wat regen zien, zodat de kans groot was dat de nachtegaal nog een dag zou blijven. Enigszins onrustig vervolgden we onze weg over het eiland waar we nog twee mooie Velduilen zagen die rondjes om ons heen vlogen.
Velduil en Grijze Zeehond ©Mary Thoms
Aan het eind van de middag namen we dan toch de boot terug richting het hoofdeiland waarna we richting Mittelland liepen om de Roodkeelnachtegaal te proberen. Het Mittelland betreft een bomkrater die dateert van kort na de Tweede Wereldoorlog. De Britten wilden het eiland opblazen, maar dit mislukte. De explosie die Mittelland veroorzaakte is nog altijd de grootste niet-nucleaire ontploffing ter wereld. De krater is door de jaren heen begroeit geraakt met lage struwelen en wat loofbomen, een ideale plek voor vogels.
Aangekomen op de plaats delict bleek dat we niet de enigen waren. Honderden vogelaars stonden geobsedeerd naar een minuscuul bosje met wat Duindoorns en Bramen te staren. Ondanks ons verwoede turen, kregen we de vogel niet in beeld. Tijdens het wachten hadden we nog wel enige afleiding van een invallende Houtsnip en een Boerenzwaluw. Na circa 2 uur begon het donker te worden en besloten we dat het mooi was geweest voor vandaag. Tijdens een heerlijk Italiaans diner spraken we af dat we de volgende dag direct de Roodkeelnachtegaal zouden proberen. Bovendien waren in Mittelland twee Pallas’ Boszangers waargenomen die we graag wilden zien.
Dag 4 - 20 oktober:
Met een stevig ontbijt in de maag zetten we hoopvol koers richting Mittelland. Gelukkig waren we niet de enige vogelaars. Vanaf meerdere posities werd het kleine bosje, waarin de nachtegaal hopelijk nog aanwezig was, in de gaten gehouden. Na ongeveer een half uur werd de vogel voor ons aan de verkeerde kant van het bosje weer kort gezien. Gerustgesteld, in de wetenschap dat de vogel nog aanwezig was, spraken we af dat we het nu nog een uur zouden proberen om daarna de Pallas’ Boszangers te zoeken, ongeveer 200 meter verderop. Zo gezegd, zo gedaan. Na ruim een uur stonden we als enige vogelaars, rustig te genieten van een Pallas’ Boszanger die met enkele Goudhanen optrok.
Pallas Boszanger ©Laurie Rijsdijk
Onze rust werd echter ruw verstoord... Schreeuwende en joelende Duitsers die, voor zover het lichaam het toeliet, rennend de steile trap richting de Vuurtoren bestormden, leerden ons dat er iets heel zeldzaams moest zijn gevonden. Waarom zou je anders wegrennen bij een Roodkeelnachtegaal die je nog niet gezien hebt? Bij het controleren van de WhatsApp-groep braken bij mij toch ook wel de beginselen van paniek uit. De Duitse vogelnaam kon ik geen wijs uit worden, maar de bijgevoegde foto des te meer: Stekelstaartgierzwaluw Nordklippe! Een ultra-zeldzaamheid uit het oosten van Azië en voor mij persoonlijk één van mijn grootste wenssoorten om eens te zien. De vogel werd aan de uiterste noordkant van het eiland gemeld, terwijl wij op de zuidpunt stonden. Er zat niets anders op dan ons bij de massa dravende vogelaars te voegen. Nietsvermoedende dagjesmensen, die juist de smalle trap afdaalden, hielden zich angstvallig tegen de reling gedrukt om de rennende menigte met camera’s en rondzwaaiende statieven te ontwijken.
In het daaropvolgende half uur was er vooral veel consternatie bij een Slechtvalk die langs vloog en een verre Torenvalk die uit zee kwam vliegen. Onze hoop op het zien van de gierzwaluw veranderde langzamerhand in berusting dat we de vogel jammerlijk hadden gemist. De deelnemers hadden nog wel genoten van een Velduil die ik tijdens het rennen voor me opstootte, maar zelf had gemist. Nadat ik de deelnemers bij elkaar had gezocht, leek het ons goed om onze weg te vervolgen via de Nordklippe richting het strand. Dit bleek een goede keus, aangezien we hier Kuifaalscholver, Drieteenmeeuw en langsvliegende Jan-van-Genten zagen. Een prachtig mannetje IJseend in winterkleed liet zich vanaf het strand bewonderen, samen met een Zwarte Zeekoet. Op het strand gaf de Kortteenleeuwerik wederom een show en een Dwerggors kroop over het zand heen.
IJseend en Eider ©Laurie Rijsdijk
Zwarte Zeekoet ©Gijsbert Twigt en Dwerggors ©Laurie Rijsdijk
Onze dag was al meer dan geslaagd! Helemaal toen we vernamen dat de waarneming van de Stekelstaartgierzwaluw nep bleek, evenals de waarneming van de Noordse Boszanger op dag 2! Alle paniek voor niets geweest, maar achteraf konden we er wel om lachen. Op zee vonden we nog een Roodkeelduiker, Alk en Roodhalsfuut. In de middag ondernamen we een nieuwe poging om de Roodkeelnachtegaal te zien, en dit lukte glansrijk. Slechts enkele seconden liet de vogel zich zien, maar dat was voor ons het wachten meer dan waard!
Omdat we inmiddels alle leuke soorten op het eiland gezien hadden, zochten we ontspannen de bosjes langs de Nordklippe af. Hier zagen we drie Strandleeuweriken langsvliegen en we konden zo aanschuiven bij een Ransuil die met behulp van een warmtebeeldkijker was gevonden. Een prachtige afsluiting van een onvergetelijke vogeldag!
Roodkeelnachtegaal ©Laurie Rijsdijk
Dag 5 - 21 oktober:
Op de laatste dag wilden we nogmaals het eiland Düne bezoeken. De weersomstandigheden waren nu beter dan tijdens ons vorige bezoek, zodat er ook mooiere foto’s van de zeehonden gemaakt konden worden. In de haven zagen we onder andere enkele Zwarte Zeekoeten en een gewone Zeekoet. Op de rotsblokken zat een Tapuit en over zee vloog een Parelduiker. Na een ronde over het eiland te hebben gelopen, wilden we nog een poging wagen op het zien van een Frater op het hoofdeiland. De vogel liet zich mooi bekijken in gezelschap van wat Vinken. Het was inmiddels tijd geworden om ons richting de boot van 16:15 te begeven. Eenmaal op de boot zagen we nog enkele mooie soorten als Dwergmeeuw, Kleine Jager en Bruinvissen. Nadat de duisternis was ingevallen, genoten we in het restaurant op de boot, onder het genot van een versnapering, na van onze belevenissen.
Frater ©Laurie Rijsdijk
Helgoland ©Gijsbert Twigt
Wil jij ook mee naar Helgoland? Bekijk de reis op onze website: www.dagjeindenatuur.nl/vogeltrek-en-dwaalgasten-op-helgoland
Bekijk alle foto's van deze reis via: foto.dagjeindenatuur.nl/helgoland
Onderstaand de soortenlijst van de reis naar Helgoland: